Ben Bruijninckx pakt een borstel en kamt liefdevol de haren van zijn vrouw Gerda. Zij ligt in bed, want ze herstelt van een longontsteking. Maar dat is niet het grootste probleem. Gerda lijdt aan Lewy body dementie, een vorm van dementie die vaak ook Parkinsonachtige klachten tot gevolg heeft. Ben zorgt met zijn zoon Ramon en neef Otto voor haar. Een ding weet hij zeker: hij zal nooit wijken van haar zijde. (foto Marieke Odekerken)
Ze zijn 56 jaar getrouwd. Op de Binnenweg ontmoetten ze elkaar voor het eerst en sinds die eerste keer zijn ze onafscheidelijk. “We hebben voor elkaar gekozen en we blijven bij elkaar”, is Ben stellig. “Zij heeft voor mij gezorgd toen ik vijf bypasses kreeg. Nu ben ik er voor haar.” Even schiet hij vol, al herstelt hij zich snel weer: “Het zal nooit zo zwaar worden dat ik haar laat opnemen. Ik hoor wel van mensen dat ik op mezelf moet passen. Dat ik niet te ver moet gaat. Maar ik loop tegen muren op als ze er niet is.”
Onrustig
Lewy body is een vorm van dementie die met ups en downs komt. Soms gaat het goed, soms slecht. Gerda viel in 2017 een keer zomaar en nog geen dag later was duidelijk wat er met haar aan de hand was. Het was een klap voor het gezin, maar met medicijnen leek de boel onder controle te houden. “Al blijft het moeilijk. Van binnen is haar hoofd voor een groot deel verkalkt. Ze heeft geen emoties meer en soms herkent ze me niet. Dat is echt moeilijk. En ze ziet dingen die er niet zijn. dat hoort er ook erbij.”
Het ging dus redelijk. Tot Gerda begin februari 2024 longontsteking kreeg. “Ze gaat hard achteruit en kan niet meer lopen. We moesten een bed beneden zetten zodat we ondersteuning konden krijgen.” Ben wijst naar twee gemakkelijke fauteuils. “Die zet ik ’s avonds tegen elkaar aan en dan ga ik erop liggen slapen. Ik houd haar hand vast. Dan wordt ze rustig en kan ze slapen. We liggen al 56 jaar tegen elkaar aan. Zonder dat fysieke contact wordt ze onrustig.”
Kille woorden
Of Gerda terug kan komen op het niveau van voor haar longontsteking is onduidelijk. Ze krijgt fysio en de therapeut heeft goede hoop dat ze na een maand of zes wel weer op de been kan zijn. Ben weet het nog zo net niet. En het doet er voor hem eigenlijk ook niet toe. Hij is er voor Gerda. Punt. Het is een zorg die hij niet alleen kan dragen. Hun zoon Ramon komt een aantal dagen per week over uit Den Bosch, waar hij woont. Ook neef Otto staat altijd klaar. “Zonder die twee gasten zou ik het niet redden”, is Ben helder. “Ik kan haar niet in mijn eentje tillen als ze bijvoorbeeld naar het toilet moet. Gelukkig hebben we ook drie keer per dag thuishulp.”
Gerda zelf legt zich er intussen bij neer. Vanuit haar bed in de woonkamer is ze nuchter: “Wat moet ik anders? Ik kan me kwaad maken, maar dat heeft toch geen zin? Het altijd maar in bed liggen bevalt me niet. Maar iets anders kan ik niet meer. Gelukkig lopen die jongens hun benen uit hun kont voor me.”
Ben glimlacht wrang. In de kille woorden van zijn vrouw hoort hij dat ze geen emoties meer heeft. Dat doet pijn. Zeker als ze zegt dat ze niet meer wil. Terwijl hun zoon Ramon vol schiet bij die gedachte alleen al, stelt Ben: “Het komt keihard binnen als ze zoiets zegt. Maar haar doet het niks, want ze voelt niks bij die woorden. Maar wij wel natuurlijk.”
Uit de woorden van Ben en Ramon spreekt de onverbrekelijke liefde voor Gerda. Nooit zullen ze haar laten vallen. Ramon: “Het is geen oude fiets die je wegdoet. Het is mijn moeder. En kijk die twee nou”, zegt hij met een knik naar zijn ouders die elkaar liefdevol aankijken. “Ze zijn aan elkaar vastgeplakt. Mijn vader is continu bij haar. Ik doe boodschappen, zelf komt hij nauwelijks nog buiten. Altijd zit hij hier en hij staat onvoorwaardelijk klaar voor mijn moeder.” Ben glimlacht meewarig naar hun zoon en eindigt met de eenvoudige woorden: “We hebben voor het leven getekend. Ik doe haar niet weg.” Dan pakt hij haar hand weer vast en kijkt haar in de ogen. Ze kijkt terug. En ondanks alle ellende is in die blik het jonge stel te zien dat elkaar net op de Binnenweg ontmoet heeft.
(verschenen in Gers! 37, maart 2025)