Pim Vuik

‘Ik ben niet bang, ik ben er klaar voor’

“Zes weken geleden hebben we gehoord dat de tumor terug groeit. Nu is er nog maar één optie: medicijnen die ongeveer 25 procent kans geven op vertraging van het proces. Maar ik kan die medicijnen pas krijgen als de bijwerkingen van mijn vorige medicatie zijn verdwenen.” (foto: Rick Arnold)

Aan het woord is Pim Vuik, 53 jaar, fotograaf en terminaal ziek. Begin mei 2015 werd een agressieve tumor in zijn hoofd ontdekt. “De ergste soort hersentumor en daarvan ook nog de ergste variant.” Drie weken later lag hij op de operatietafel. De namen van zijn vrienden kon hij zich op dat moment al niet meer herinneren en als de chirurg niet had ingegrepen had hij nu niet meer geleefd. De operatie slaagde, maar dat kon hem niet redden: al van tevoren wist Vuik dat niet alles verwijderd zou kunnen worden. En vanuit die restanten groeit de tumor langzaam weer aan, dit keer op een plek in de hersenen waar hij niet operatief verwijderd kan worden.

“Ik heb de dood in de ogen gekeken en ben eruit teruggehaald. Alle tijd die me nog gegund is, is mooi meegenomen. De laatste weken ben ik heel erg moe. Ik slaap slecht, mijn ritme verandert, mijn zicht vermindert en ik mis de energie om naar buiten te gaan. Dat nekt me wel, want ik ben graag onder de mensen. Maar ik voel me verder goed en kan eigenlijk best veel. Ik heb geen pijn en daar ben ik echt dankbaar voor. Net zoals ik de chirurg dankbaar ben voor de extra tijd die hij me gegeven heeft.”

‘Alle tijd die me nog gegund is, is mooi meegenomen’

Onzin

Vuik is onder fotografen een bekende naam. Hij werkte ruim dertig jaar in de commerciële fotografie voor reclamebureaus en grote bedrijven. “Ik ben een gezegend mens want door mijn werk ben ik op heel veel plekken geweest. In de commerciële fotografie moet je natuurlijk rekening houden met de opdrachtgever. Ik schoot soms wel 200 foto’s en dan vergaderden we een paar uur over welk beeld we moesten gebruiken en of we daaraan dingen moesten veranderen voor het beste resultaat. We wijzigden wel eens iets, maar ik heb altijd gevochten tegen onzin. Een rood strikje in een foto terwijl dat er helemaal niet was? Daar zei ik altijd nee tegen. Jij gaat ook niet drie keer ‘kut’ in dit verhaal schrijven omdat ik het aan je vraag.”

Getijdenzwembaden

“Ik had op een gegeven moment behoefte aan eigen werk. Een tegenhanger voor mijn opdrachten: beeld waaraan ik niets zou veranderen. Ik ging landschappen fotograferen en ik begon een serie: getijdenzwembaden, afgeschermde zwembaden aan zee. Altijd fotograferen zoals het is. Het moment waarop ik klik is mijn persoonlijke keuze en dat is een heel mooi gevoel.”

Samen met zijn vrouw Katy ging Vuik altijd heel vroeg op pad voor zijn foto’s. “Soms had ik ze na tien minuten al, dan vroeg Katy verbaasd: ‘Ben je al klaar?!’ Soms stond ik een uur te wachten en vroeg ze: ‘Wanner ga je eens wat doen?’ Dan gingen we maar even koffie drinken. En als we terug waren, was het er ineens. Zo wilde ik ook denken: snel het beeld vangen waarnaar ik op zoek was en klaar. Geen bewerking, niets aanpassen, niet nog een foto willen schieten. Mijn vrije werk gaf me een heel andere voldoening dan het commerciële werk.”

‘Het is voor mij misschien makkelijker dan voor de mensen om mij heen.’

Makkelijker

Door de tumor werd het werken snel onmogelijk. Toch blijft Vuik optimistisch: “Die vermoeidheid had best iets minder gemogen en ik zou best nog af en toe een glaasje lusten, maar ik ben er nog. Het is voor mij misschien makkelijker dan voor mensen om mij heen. Voor de operatie was ik een soort van dement. Daarna wist ik mijn pincode en de namen van vrienden weer. Ik heb mijn leven deels terug gekregen. Ik ben ziek, maar ik zie ook hoe mooi de wereld is. De warmte die ik krijg van mensen om me heen en van mensen die ik nauwelijks ken; dat raakt me. Toen duidelijk werd dat ik niet meer kon werken, heb ik met mijn vrouw Katy en enkele vrienden de koppen bij elkaar gestoken en zijn we een boek gaan maken. Dat zorgt voor inkomsten nu ik mijn vak niet kan uitoefenen. Ik heb daar veel hulp bij gekregen. Daar geniet ik zeer van.”

Voor de lancering van het boek, Pim was Here, vroeg zijn vader of hij er blij mee moest zijn. Over het antwoord twijfelde Vuik geen seconde: “Ja, zei ik. Voor mijzelf om te kunnen zien hoe mooi mijn leven was en hoeveel mooie dingen ik heb gedaan. En dat kan jij er ook in zien. Het gaf mijn vader kracht. Hij straalde bij de presentatie.”

Zien

Belangrijk vond Vuik dat hij het boek zelf kon maken. Dat geeft hem het gevoel dat hij zijn vrouw Katy goed achterlaat: “Het idee was dat we bij elkaar zouden blijven. We worden straks op brute wijze uit elkaar gerukt. Ik heb dertig jaar hard gewerkt, maar kan nu niet meer fotograferen. Het boek is een alternatieve manier om mijn brood te verdienen met het werk dat ik al die jaren gemaakt heb. Ik vind dat mooi.”

Erbij zijn, zelf het boek nog kunnen zien. Dat wilde Vuik: “Het moest echt mijn boek worden”, zegt hij onderuit gezakt van vermoeidheid. “Ik wist natuurlijk niet hoe mijn ziekte verder zou verlopen, dus we hebben heel hard doorgewerkt om het af te krijgen. Iedereen die meegewerkt heeft ben ik ontzettend dankbaar. Het is me gelukt dit boek bij leven te maken. Ik wilde het nog zien, ik wilde zien dat mensen het mooi vinden.”

‘Het moest echt mijn boek worden.’

Kwaliteit voor kwantiteit

Of hij klaar is voor de dood, vindt Vuik een lastige vraag. Hij blijft vechten, zou graag pijn lijden als hij wist dat hij daarmee zou blijven leven. Maar hij is nuchter, eerlijk: “Ik knok voor elk beetje energie dat ik nog extra kan krijgen. Ik wil ook zo lang mogelijk bij Katy blijven. Maar tegelijk blijf ik voorstaan dat kwaliteit voor kwantiteit gaat. De dimensie waarin je bijna niets meer kunt, je iedereen vergeet, die heb ik al meegemaakt voordat ik geopereerd werd. Het medelijden in Katy’s blik. Verschrikkelijk. Ik wil niet als een kasplantje bij mijn naasten moeten hangen. Dan verblijf je, draag je niets meer bij. Ik zie daar het nut niet van in.”

‘Ik wil niet als een kasplantje bij mijn naasten moeten hangen.’

“Ik ben ook niet bang”, gaat Vuik verder. Hij zucht even en kijkt om zich heen. Even staart hij naar een foto aan de wand. Op de randen van Piscina punta gotera, een getijdenzwembad op Tenerife, slaan woeste golven kapot in dikke witte schuimkoppen. “Ik weet dat het een keer stopt. Het houdt een keer op. Als ik niets meer bij kan dragen, wil ik niet meer. Ik heb alles wel geleefd. Ik ben er klaar voor.” Hij schiet in de lach. “Jij kent de verhalen ook wel: mensen die zeggen te gaan reizen als ze met pensioen zijn. Kijk naar mij; doe het nu. Dan kun je het later altijd nog een keer doen als je de tijd gegeven is. Vier je momenten. Daarom ben ik dus ook niet bang. Ik heb geen absolute wensen meer. Geen, hoe noem je dat ook alweer? Geen bucketlist. Ik ben een tevreden mens en kan terugkijken op een mooi leven.”

Pim Vuik is op 18 mei 2016 overleden. (publicatie: gersrotterdam.nl – 2015)