Amina Ali Hussen ontvluchtte de oorlog in Somalië en kwam terecht in Rotterdam. Ze leerde de stad kennen en begon een ontmoetingsplek om mensen met elkaar te verbinden. Een oranje theekopje staat symbool voor het broederlijk samenleven waar zij zich altijd voor inzet.
Ze woonde diep in het zuiden van Somalië, vlakbij een prachtige niervormige baai. Het diepblauwe water klotst tegen een goudgeel strand. Direct daarachter begint de stad, een wirwar van straten en huizen die in de blakerende zon bakken. Hier groeit Amina op. Haar jeugd noemt ze onbezorgd en prachtig. Ze is de jongste in een gezin van 27 kinderen.
Ze schiet in de lach als ze dat aantal noemt en verklaart: “Mijn vader had drie vrouwen. Nu denk ik: dat was wel erg veel. Maar ik kwam niks tekort. Al mijn familie woonde in de wijk en iedereen lette op elkaar. Ik was altijd bij ooms, tantes of oma’s. Dat sociale heb ik in die tijd geleerd, ik lette altijd op of iedereen zich goed voelde. Ik heb tot groep 4 op school gezeten. Daarna leerde mijn vader, een imam, mij thuis over de Koran.”
Met zeventien jaar trouwde ze misschien wel te jong. “Ik was nog een kind. Mijn eigen kinderen zou ik altijd aanraden: groei eerst op, word zelfstandig, ontdek wie je bent. Daarna kun je altijd nog trouwen. Ik had geen keuze, maar weet je, ik vind het niet erg. Zo was het, dat waren de gebruiken in mijn land in die tijd.”
Verscheurd
Haar jonge gezin wordt bruut uit elkaar gerukt als haar thuisland in de jaren negentig vervalt in oorlog en chaos. Het drijft inwoners massaal op de vlucht. Ook Amina en haar gezin vluchten; onderweg raken ze elkaar echter kwijt.
Amina vlucht met haar dochter via Kenia naar Europa. Zo komt ze, met een gebroken hart, naar Nederland: “Ik woonde in een appartementje met mijn dochter en werkte via het uitzendbureau. Vier jaar lang ben ik op zoek geweest naar een spoor van mijn man en kinderen. Al die tijd voelde ik me half moeder, verscheurd was ik. Uiteindelijk ontdekte ik dat ze tijdens hun vlucht zijn teruggestuurd naar Somalië. Ik heb wel weer contact gekregen met ze en stuurde ook altijd een deel van mijn salaris op. Maar ik had niet genoeg geld om naar ze toe te gaan en zij konden niet naar mij toekomen.”
Mijn kinderen wonen nu verspreid over de wereld; in Nederland, Engeland en Somalië. “In Londen heb ik mijn kinderen, na 15 jaar, eindelijk kunnen zien en vasthouden. In 2019 ben ik voor het eerst naar Somalië geweest en ik heb mijn oudste dochter ook gezien. Nu zie ik mijn kinderen regelmatig
Ik ben weer compleet.”
Thuiskomen
De eerste jaren in Nederland woont Amina in Friesland. Zij voelt zich bovenal intens verdrietig. Niet alleen omdat zij een deel van haar gezin verloren is, maar ook omdat ze in een klein dorpje zit. Saai en eenzaam voor een vrouw die gewend is eropuit te trekken en elke dag bij haar grote familie over de vloer te komen. “In 1994 verhuisde ik naar Rotterdam, het Oude Westen. Het was als thuiskomen. Zoveel mensen, zoveel activiteiten, zoveel nationaliteiten die met elkaar leven.
Wat mij hielp om me weer helemaal thuis te voelen, was de straat opgaan en daar contact leggen met anderen. Het sociale dat ik kende uit mijn kindertijd, vond ik terug in deze stad. Daar komt bij, dat ik en mijn dochter in vrijheid konden leven. Je mag hier je mening geven, je mag zijn wie je bent. Dat zorgde ervoor dat ik weer verbinding kon maken met mijn omgeving.”
Vanuit die verbinding ontstaat ook Krachtvrouwen, een stichting die Amina opricht om in de wijk meer cohesie te brengen. “Ik heb tien jaar door de wijk gelopen en mensen leren kennen. Dat leverde me een groot netwerk op en van daaruit ben ik Krachtvrouwen gestart. We begonnen een koffieochtend en een inloopmiddag. Dat is uitgegroeid tot een heel belangrijke plek voor ontmoeting, voor hulp aan de mensen in de wijk. De deur is altijd open en iedereen is welkom. Dit is een huis van Jan Steen, maar hier vindt iedereen warmte. Mensen komen voor de gezelligheid, een kopje thee, iets leren of juist iets geven. Deze plek verbindt jong en oud, man en vrouw. Hier kun je jezelf zijn en hier vind je ondersteuning als je het even moeilijk hebt thuis. Hier vind je liefde en hoe meer liefde je geeft, hoe meer liefde je terugkrijgt. Iedereen heeft een verhaal en verdient het om gehoord te worden.”
Oranje theekopje
Amina heeft het geluk hervonden. Ze heeft in Rotterdam een nieuwe liefde gevonden. Uit deze relatie heeft zij twee dochters gekregen. Een tweeling. Ze heeft goed contact met al haar kinderen en kan iets terugdoen voor de stad waar ze zich altijd zo welkom gevoeld heeft. “Ik ben er trots op Rotterdammer te zijn en ik ben trots op de kansen die mijn kinderen gekregen hebben in het leven. En dat geluk geef ik terug aan de stad en aan de wijk waar ik geaard ben.”
Dat deze plek ook echt haar nieuwe bestemming is, voelde ze door een simpele toevalstreffer op een zonnige Koninginnedag. Ze schiet in de lach als haar oranje trouwservies ter sprake komt. Het is een bijzondere manier waarop de cirkel van haar levensverhaal netjes rond is: “Het servies dat ik van mijn moeder had gekregen toen ik trouwde in Somalië, moest ik achterlaten toen ik de oorlog ontvluchtte. Op de vrijmarkt in Rotterdam vond ik één theekopje, identiek aan mijn trouwservies.”
Als aandenken aan het leven dat zij moest achterlaten, maar ook als symbool voor haar nieuwe leven en de rol die ze met Krachtvrouwen heeft in de stad, kocht ze het theekopje. Inmiddels heeft ze weer meer dan een compleet servies bij elkaar verzameld: “Wat ik achter moest laten in mijn geboorteland vond ik terug in het land waar ik een nieuw leven gevonden heb. Dat oranje servies verbindt de delen van mijn leven en de mensen in mijn leven met elkaar. Als ik het zie dan voel ik me gelukkig.”
Dit interview verscheen in Het Zonneservies, een boek van Amina Ali Hussen en Sophie Stravens (2021). Krachtvrouwen Rotterdam voorzag elk boek van een unieke stoffen hoes.